Volgens staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) moet de gemeentelijke handhaving van alcoholwetgeving beter. Gemeenten zijn sinds 1 januari 2013 verantwoordelijk voor het toezicht op de Drank- en Horecawet. Zij hadden wettelijk tot 1 juli 2014 de tijd om een preventie- en handhavingsplan vast te stellen. Zo’n 44 procent van de […]
Volgens staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) moet de gemeentelijke handhaving van alcoholwetgeving beter. Gemeenten zijn sinds 1 januari 2013 verantwoordelijk voor het toezicht op de Drank- en Horecawet. Zij hadden wettelijk tot 1 juli 2014 de tijd om een preventie- en handhavingsplan vast te stellen. Zo’n 44 procent van de gemeenten beschikt over een alcohol preventie- en handhavingsplan.
Het overgrote deel van de gemeenten die geen alcohol preventie- en handhavingsplan heeft, wil dat voor het einde van het jaar vaststellen. Dat blijkt uit onderzoek door STAP. Uit het onderzoek blijkt verder dat 81 procent van de gemeenten toezicht houdt op de leeftijdsgrens voor alcohol. Gemeenten hebben hiervoor gemiddeld genomen zo’n twee tot drie toezichthouders beschikbaar. Zij delen vooral waarschuwingen uit en nauwelijks boetes.
Van Rijn: “Gemeenten zitten niet stil op dit terrein. Ik heb alle lof voor de gemeenten die het juist heel voortvarend aanpakken. Maar op het totaal van alle gemeenten moet het echt beter. We zitten middenin een normverandering over alcohol. Daarin spelen ouders en kinderen zelf een cruciale rol, evenals verkopers van alcohol en heldere voorlichting en handhaving door de lokale overheid. Er is veel om optimistisch over te zijn. Onze jongeren zijn niet meer de zuipschuiten van Europa blijkt uit onderzoek. Maar die trend moeten we wel vasthouden met zijn allen. En daarvoor is het cruciaal dat alle gemeenten gewoon doen wat de wet voorschrijft.”
Bron: CCV