Laat ik – om misverstanden te voorkomen – eerst wat kaderlijntjes om dit betoog heen trekken. ‘Te veel’ is altijd slecht. Meer dan vier glazen alcoholische drank gemiddeld per dag is waarschijnlijk voor bijna iedereen te veel, en echt dronken worden (binge drinking) is schadelijk. Ook zijn er in Nederland een paar honderdduizend mensen die hun drinkgedrag niet onder controle hebben, wat tot bakken vol ellende leidt, en zeker niet alleen voor de drinkers zelf; daar zijn we het wetenschappelijk verantwoord over eens.
Maar hoe verhoudt zich dat tot het geheelonthouderscalvinisme dat nu in Nederland de kop op steekt? In oktober 2016 bracht René Kahn, hoogleraar psychiatrie aan de Universiteit Utrecht, een boekje uit: Op je gezondheid? Over de effecten van alcohol. Daarin gaat het niet over de gevaren van alcoholmisbruik en verslaving, nee, de matige drinker moet het ontgelden. En dat is bijna driekwart van volwassen Nederland. Volgens Kahn bestaat de matige drinker eigenlijk niet, want – zo luidt het in een interview dat hij had met NRC Handelsblad – ‘het probleem begint bij één glas per dag’.’
Auteur: wetenschapsjournalist Arnout Jaspers.